Abstract  

Het gebruik van medische hulpmiddelen op basis van kunstmatige intelligentie (AI) neemt snel toe. Hoewel AI de kwaliteit en veiligheid van de gezondheidszorg voor oudere volwassenen ten goede kan komen, introduceert het tegelijkertijd nieuwe ethische en juridische kwesties. Veel AI medische apparaten vertonen leeftijdsgerelateerde vooroordelen. In het eerste deel van dit artikel wordt uitgelegd hoe 'digitale leeftijdsdiscriminatie' ontstaat tijdens de gehele levenscyclus van medische AI en kan leiden tot gezondheidsongelijkheid voor ouderen: systemische, vermijdbare verschillen in de gezondheidstoestand van verschillende bevolkingsgroepen. Deze paper neemt digitale leeftijdsdiscriminatie als een use case om de potentiële onrechtvaardige effecten van AI te laten zien, geconceptualiseerd als de 'AI-cyclus van gezondheidsongelijkheid'. Het tweede deel van deze paper onderzoekt hoe het regelgevingskader van de Europese Unie (EU) het probleem van digitale leeftijdsongelijkheid aanpakt. Het betoogt dat de negatieve effecten van leeftijdsgerelateerde vooroordelen in medische AI-apparaten onvoldoende worden erkend binnen het regelgevend kader van de EU-verordening voor medische hulpmiddelen en de nieuwe AI-wet. De conclusie is dat het EU-kader weliswaar een aantal belangrijke kwesties met betrekking tot technische vooroordelen in medische AI-apparaten aanpakt door regels op te stellen voor prestaties en gegevenskwaliteit, maar geen rekening houdt met contextuele vooroordelen, waardoor een deel van de AI-cyclus van ongelijkheid op gezondheidsgebied wordt genegeerd.