6 november 2024
In het opiniestuk bespreekt van Kolfschooten de recente case rond de Sarco zelfdodingscapsule in Zwitserland, waarbij voor het eerst een vrouw gebruik maakte van de capsule, roept belangrijke ethische en juridische vragen op over de rol van technologie in beslissingen rond het levenseinde. In Nederland is hulp bij zelfdoding strikt gereguleerd, maar de opkomst van technologie zoals de Sarco en kunstmatige intelligentie (AI) zet de vraag op de agenda of AI in de toekomst een rol kan spelen in euthanasieprocessen. AI zou artsen kunnen ondersteunen bij de beoordeling van euthanasieverzoeken, door medische gegevens te analyseren en te helpen bij het inschatten van de ernst van het lijden. Daarnaast zou AI in de toekomst de zelfdodingscapsules kunnen monitoren en zelfs helpen bij de validatie van de mentale toestand van de gebruiker.
Voor Nederland betekent dit volgens Kolfschooten dat er een dringend debat nodig is over de inzet van AI in euthanasie. De wetgeving vereist nu nog dat artsen de verantwoordelijkheid dragen voor de beoordeling van euthanasieverzoeken, maar met de komst van AI zou deze rol deels kunnen verschuiven. Er is bezorgdheid over wie de juridische verantwoordelijkheid draagt bij fouten, bijvoorbeeld als AI-systemen betrokken zijn bij de uitvoering van euthanasie of zelfdoding. Van Kolfschooten pleit daarom om een herziening van de wetgeving en strikte ethische kaders, zodat technologie niet ten koste gaat van de menselijke verantwoordelijkheid en zorgvuldigheid bij levenseindebeslissingen.