26 juli 2024
Abstract
Dit essay bespreekt kwetsbaarheid in de context van Nederlands gezondheidsrecht. In de afgelopen jaren werd het Nederlandse zorgsysteem gedecentraliseerd, waarbij gemeenten meer verantwoordelijkheid hebben gekregen voor de levering van jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning. Deze decentralisatie beoogde aan de ene kant het stimuleren van meer zelfverantwoordelijkheid bij burgers en aan de andere kant, zorgen dat de uitgaven voor zorg en ondersteuning onder controle bleven. Echter, gemeenten zijn vaak niet in staat om de ondersteuning te bieden die burgers nodig hebben. Dit wordt regelmatig ervaren door kwetsbare inwoners. Tegelijkertijd zijn de zorguitgaven op de lange termijn niet houdbaar. Er is behoefte aan nieuwe hervormingen in het zogenaamde ‘sociale domein’. Dit essay betoogt dat het ‘sociale domein’ niet langer geschikt kan worden geacht binnen het kader van het bestuursrechtelijke discours. Deze stelling vloeit voort uit de dynamiek binnen het bestuursrecht. Deze dynamiek is in de afgelopen jaren verslechterd door verschillende factoren, waaronder het Toeslagenschandaal, de Hervormingsagenda Jeugd, en het voorziene traject voor jeugd- en gezinsbescherming.